Gepubliceerd: (2024-05-08)
Op 150 locaties in Nederland zijn de afgelopen jaren onbewaakte spoorwegovergangen gesloten of alsnog beveiligd. Dat blijkt uit cijfers die de NOS heeft opgevraagd bij ProRail. De spoorbeheerder begon in 2018 met een project om de gevaarlijkste overgangen te sluiten, na een reeks dodelijke ongelukken.
Met de sluiting van twee locaties in Diepenveen vandaag, zijn er nu nog 28 onbewaakte overgangen over die volgens ProRail zo gevaarlijk zijn dat ze op korte termijn moeten sluiten. Op dertien daarvan hoopt de spoorbeheerder dat dit jaar nog te regelen, voor de andere locaties duurt dat langer.
Bewaakt vs. onbewaakt
Nederland telt zo’n 2.200 spoorwegovergangen: locaties waar een spoorlijn kruist met een weg of een voet- of fietspad. De meeste zijn beveiligde overgangen, te herkennen aan rood-witgestreepte slagbomen die de weg afsluiten wanneer er een trein komt en daarbij waarschuwende geluiden maken. Maar bij sommige overgangen is nooit zo’n installatie met bellen en/of slagbomen aangelegd.
Deze onbewaakte spoorwegovergangen liggen meestal in landelijk gebied op rustigere locaties, zoals wandelpaden of oversteekplaatsen tussen weilanden. Mensen die de overgang willen passeren, krijgen vooraf geen waarschuwing als er een trein aankomt. Ze moeten dus zelf bepalen wanneer ze oversteken. De treinen rijden vaak op volle snelheid, variërend tussen de 120 en 140 kilometer per uur.
Omdat er vaak ongelukken op dit soort overwegen gebeurden, startte ProRail zes jaar geleden een programma om de 180 gevaarlijkste te sluiten. “Het grootste deel van deze klus is nu dus geklaard”, zegt ProRail-woordvoerder Mirjam de Witte. “Eind 2025 streven we ernaar om 170 van de 180 onbewaakte overgangen afgesloten te hebben.”
Hoewel ze dus nog niet allemaal gesloten zijn, ziet ProRail wel al positieve resultaten van het programma. “Zo is het gemiddeld aantal aanrijdingen op onbewaakte overgangen fors gedaald. En dat geldt ook voor het aantal doden”, legt De Witte uit. “In 2014 vielen er jaarlijks nog gemiddeld 2,6 doden op een onbewaakte overgang, nu is dat cijfer bijna gehalveerd.”
Uit onderzoek bleek vervolgens dat onbewaakte spoorwegovergangen nog veel gevaarlijker zijn dan werd gedacht, vooral omdat er vaak zwaar verkeer overheen rijdt. Bovendien doet dit zware verkeer er veel langer over om de overweg te passeren, wat de kans op een ongeluk vergroot.Treinen reden vanaf dat moment langzamer over de gevaarlijkste onbewaakte spoorwegovergangen, 90 kilometer per uur. Ook kregen honderden NS-treinen andere kleuren aan de voorkant zodat ze meer opvallen.
“We hadden ze natuurlijk graag allemaal al gesloten”, zegt De Witte. “Maar je loopt tegen van alles en nog wat aan.” Bij de overgangen die nu nog over zijn, maken verschillende omstandigheden het ingewikkeld ze te sluiten of veranderen. “De laatste 28 zijn niet voor niets de laatste 28”, aldus De Witte.
Daarbij kan van alles een rol spelen, bijvoorbeeld een zeldzaam beestje zoals de hazelworm dat op de plek leeft waardoor er niet gewerkt mag worden. Of soms is het lastig op de plek van de overgang het treinverkeer stil te leggen. Andere keren leiden onderhandelingen met landeigenaren tot vertraging. “We luisteren altijd naar iedereen”, vertelt De Witte. “Mensen die eromheen wonen, de lokale wandelclub die de vaste wandelroute ziet verdwijnen. We proberen het echt op maat te doen.”
De kosten zijn hoog. Aan het plaatsen van spoorbomen met licht en geluid hangt volgens ProRail een prijskaartje van een miljoen euro. “En een tunnel maken als alternatief is ook niet goedkoop”, aldus De Witte. Maar het ministerie heeft geld uitgetrokken voor het sluiten of aanpassen van de gevaarlijke overgangen. En volgens ProRail gaat het met het budget lukken. Het streven is nu dat in 2027 alle gevaarlijke onbeveiligde overgangen weg zijn.
Dat betekent niet dat alle onbewaakte overgangen straks weg zijn. Op zo’n 80 locaties liggen nog onbewaakte spoorwegovergangen die in particulier bezit zijn, zoals van boeren tussen verschillende percelen. “Hoewel ze maar door een paar personen worden gebruikt, zijn dit nog steeds risicovolle overwegen, waar zwaar landbouwverkeer soms dagelijks overheen gaat”, aldus De Witte. Voor deze particuliere overgangen zijn nog geen plannen ze te beveiligen of op te heffen.
Bron: NOS